Een radiografisch bestuurbare helikopter (RC-helikopter) werkt op basis van een combinatie van radiofrequentietechnologie en mechanische componenten die samen zorgen voor het vliegen en besturen van de helikopter. Hier is een uitleg van de belangrijkste onderdelen en hoe ze samenwerken:
1. Afstandsbediening (Transmitter)
- Functie: De afstandsbediening is het apparaat dat de gebruiker in handen houdt om de helikopter te besturen. Het stuurt radiosignalen naar de helikopter.
- Werking: Door het gebruik van de joysticks en knoppen op de afstandsbediening stuurt de gebruiker commando's naar de helikopter, zoals stijgen, dalen, voorwaarts vliegen, achterwaarts vliegen, en draaien.
2. Ontvanger (Receiver)
- Functie: De ontvanger bevindt zich in de helikopter en ontvangt de radiosignalen die door de afstandsbediening worden verzonden.
- Werking: De ontvanger decodeert deze signalen en stuurt de commando's naar de juiste componenten van de helikopter, zoals de motoren en servo's die de bewegingen van de rotoren en staartrotor besturen.
3. Motor(en)
- Hoofdmotor: Deze motor drijft de hoofdrotor aan, die verantwoordelijk is voor het genereren van lift en voortstuwing.
- Staartmotor: Sommige helikopters hebben een aparte motor die de staartrotor aandrijft, die zorgt voor stabiliteit en besturing in de yaw-richting (rotatie om de verticale as).
4. Rotorsysteem
- Hoofdrotor: Dit is de grote rotor bovenop de helikopter die lift genereert en de helikopter laat opstijgen of dalen. Het kantelen van de hoofdrotorbladen kan de richting van de vlucht beïnvloeden (voorwaarts, achterwaarts, zijwaarts).
- Staartrotor: De staartrotor, meestal aan de achterkant van de helikopter, controleert de yaw-beweging. Door de staartrotor sneller of langzamer te laten draaien, kan de helikopter naar links of rechts draaien.
5. Swashplate (Cyclisch en Collectief Systeem)
- Cyclisch: Dit systeem verandert de hoek van de rotorbladen tijdens hun rotatie om de helikopter in een specifieke richting te sturen (voorwaarts, achterwaarts, links, rechts). Dit wordt bereikt door de swashplate te kantelen.
- Collectief: Dit systeem verandert de algehele hoek van alle rotorbladen tegelijk, wat bepaalt hoe snel de helikopter stijgt of daalt.
6. Gyroscoop
- Functie: Een gyroscoop helpt de helikopter stabiel te houden door ongewenste rotaties te corrigeren, vooral in de yaw-richting.
- Werking: De gyroscoop detecteert bewegingen en past automatisch de snelheid van de staartrotor aan om de helikopter stabiel te houden.
7. Batterijen/Voeding/Accu
- Functie: De energiebron voor de motor(en) en de elektronica in de helikopter.
- Werking: De batterijen leveren stroom aan de motoren, de ontvanger, de gyroscoop, en de servo's die de verschillende onderdelen van de helikopter bedienen.
8. Servo's
- Functie: Servo's zijn kleine motoren die de mechanische delen van de helikopter aansturen, zoals de swashplate en de staartrotor.
- Werking: Ze ontvangen signalen van de ontvanger en bewegen de onderdelen van de helikopter volgens de commando's die door de gebruiker worden gegeven via de afstandsbediening.
9. Frequentie en Kanaal
- Frequentie: Net als bij RC-boten, werken de afstandsbediening en ontvanger op een specifieke radiofrequentie, zoals 27 MHz, 40 MHz, of 2,4 GHz.
- Kanaal: Verschillende kanalen worden gebruikt om ervoor te zorgen dat meerdere helikopters tegelijk kunnen vliegen zonder interferentie.
Samenvattend:
De gebruiker bestuurt de helikopter met de afstandsbediening, die radiosignalen naar de ontvanger in de helikopter stuurt. De ontvanger stuurt deze signalen door naar de motoren, servo's, en de gyroscoop. De motoren draaien de hoofd- en staartrotor, die de helikopter laten opstijgen, dalen, draaien en in verschillende richtingen vliegen. De gyroscoop helpt de helikopter stabiel te houden, terwijl de servo's de rotors en andere bewegende delen bedienen om de gewenste bewegingen uit te voeren.